[Johannes Barbas]
BARBAS (Johannes), geb. in Mei 1713 te Delft, werd den 7den Juni 1735 praeparatoir geëxamineerd in de classis Delft, door Ds. P. van Houten. Destijds was hij woonachtig te Delftshaven. Den 17den Augustus 1738 preekte hij op proef te Laren en Blaricum en werd nog in den namiddag van dien dag als predikant d.t.p. beroepen. Als deze beroeping in de vergadering van de eerw. classis van Amsterdam, in Sept. gehouden, was goedgekeurd, werd hij daarna den 6den Oct. te Amsterdam, peremptoir geëxamineerd en den 26sten d.a.v. door Joh. Kleijn, pred. te Huizen, met Joh. 1:6 en 7, tot den dienst bevestigd. Hij zelf sprak over 2 Cor. 11:16b. Hier is Barbas gebleven tot den 16den Dec. 1773 toen hem eervol emeritaat werd verleend, terwijl hij den 11den Jan. 1774 met den meesten lof door de classis ontslagen werd. Ziekte was oorzaak, dat de man, die zich gedurende al de jaren van zijn dienst te Laren en Blaricum zeer bemind had gemaakt en die zich ‘van af het begin van zijn optreden aldaar zeer getrouw in alle deelen van zijn arbeid had gekweten’, zijn emeritaat moest vragen. Van Laren ging Barbas naar Leiden, alwaar hij den 10den Mei