| |
| |
| |
Bio- en bibliografische gegevens
Armando (Ps.) (blz. 71), geboren 18 september 1929 te Amsterdam, woont en werkt daar als kunstschilder. Gedichten van hem verschenen in het tijdschrift Podium. |
Phia Baruch (blz. 112), geboren 4 augustus 1934 te Amsterdam en aldaar woonachtig. Sinds juli 1957 werkt zij free lance mee aan de jeugduitzendingen van de Vara door het schrijven van sprookjes, kindergedichten en kinderverhalen; ook werkte zij mee aan het Handboek voor kinderamusement (J.H. de Bussy, Amsterdam). Gedichten en verhalen verschenen tot nu toe alleen in enkele dag-, week- en maandbladen van niet-literaire aard. |
John Beekma (blz. 68), geboren 5 september 1929 te Amsterdam, is als binnenhuisarchitekt verbonden aan een groot Amsterdams warenhuis. |
Anneke A. Chr. ten Berge (blz. 44), geboren 9 augustus 1927 te 's-Gravenhage, studeert sedert 1950 nederlandse letteren aan de Gemeentelijke Universiteit te Amsterdam. Zij debuteerde in het tijdschrift Roeping. |
Peter Berger (blz. 120), geboren 15 augustus 1936 te Abcoude, bezocht het Nederlands Lyceum, afd. Gymnasium te 's-Gravenhage en vervult op het ogenblik zijn militaire dienstplicht. |
Frits de Blauw (blz. 161), geboren 15 juli 1940 te Voorburg en aldaar woonachtig, is als leesredakteur werkzaam aan het Persbureau Swaneveld te 's-Gravenhage. |
Piet Boekestijn (blz. 98), geboren 9 september 1932 te 's-Gravenhage, is aldaar woonachtig en werkzaam als rijksambtenaar. |
Bart Bos (blz. 15), geboren 2 maart 1922 te Amsterdam, debuteerde in 1953 in de bloemlezing De stijgbeugel (De Arbeiderspers, Amsterdam) en publiceerde sedertdien een paar maal in de Vandaag-boekjes, onder redaktie van Jaap Romijn verschenen bij Uitgeverij Bruna te Utrecht. |
Felicia Brand (Ps.) (blz. 116), geboren 22 september 1935 te Schiedam, is thans als bibliothecaresse werkzaam te Utrecht. Enkele van haar gedichten verschenen in Sol iustitiae, het orgaan van de Utrechtse universitaire gemeenschap. Zij tekent en schildert ook. |
Wim Brinkman (blz. 123), geboren 16 augustus 1936 te Vlaardingen, studeert sociale psychologie aan de Gemeentelijke Universiteit te
|
| |
| |
Amsterdam en Tibetaans en Boeddhisme te Leiden. Hij publiceerde tot nu toe alleen een verhaal in Elsevier's Weekblad. |
Jack J. Brokaar (blz. 66), geboren 13 april 1929 te 's-Gravenhage, is als onderwijzer werkzaam te Amsterdam. Hij is lid van de Haagse Kunstkring. |
P.J. Brüning (blz. 92), geboren 19 november 1931 te Tjimahi (Indonesië), is woonachtig te Arnhem en studeert psychologie. De drie gedichten Blond en geschramd behoren tot een grotere cyclus. |
Piet Calis (blz. 119), geboren 6 juni 1936 te Laren (N.H.) en aldaar woonachtig, studeert nederlandse taal- en letterkunde aan de Utrechtse Universiteit. Hij werkt mee aan verschillende studentenbladen en is bovendien letterkundig medewerker van De Gooi- en Eemlander. Een studie over het leven en werk van Gerard Bruning heeft hij in voorbereiding. |
Edithe de Clercq-Zubli (blz. 138), geboren 24 augustus 1937 in het toenmalige Batavia, nu woonachtig te 's-Gravenhage. Zij studeert geschiedenis en franse letteren en debuteerde met gedichten in het tijdschrift Maatstaf. |
Jacques Commandeur (blz. 114), geboren 26 februari 1935 te 's-Gravenhage, studeert aan de Toneelschool te Amsterdam en publiceerde tot dusver alleen in het tijdschriftje van Bouke Jagt, en Plein publique. |
F.W. Ekkel (blz. 152), geboren 5 april 1938 en woonachtig te Twello. Hij bezocht het Gymnasium te Deventer. Gedichten van hem ververschenen in Podium. |
Marijke Fontugne (blz. 96), geboren 24 april 1932 te Jogjakarta (Indonesië), kwam zeer jong naar Nederland en is thans woonachtig te Noisy-le-Sec (Frankrijk). Zij studeerde medicijnen, eerst te Amsterdam en daarna te Parijs. Door haar huwelijk is zij française. In 1950 en 1951 publiceerde zij onder pseudoniem enkele gedichten in Propria Cures. |
Han Foppe (blz. 157), geboren 6 mei 1939 te 's-Gravenhage, nu woonachtig te Leidschendam, is leerling van een Haagse kweekschool. |
J. de Gast (blz. 85), geboren 11 mei 1931 te Eindhoven, nu woonachtig te Urecht, studeert aldaar wis- en natuurkunde. |
K.N.L. Grazell (blz. 49), geboren 3 april 1928 te Amsterdam, debuteerde in 1948 in het Debuten-nummer van het tijdschrift Criterium, onder pseudoniem Leins Janema. Onder deze naam verscheen van
|
| |
| |
hem in de reeks lyrische pamfletten van Otto van Loo te Kerkrade een kleine cyclus gedichten De zwaarte van het licht (1951). Beide publikaties trokken zeer de aandacht, maar later publiceerde Grazell alleen nog in het Amsterdams Tijdschrift voor Letterkunde en in en Plein publique een enkel gedicht. Een bundel gedichten onder de titel Narcissus in demon is in voorbereiding en zal in de serie De Windroos verschijnen. De dichter oefent in het burgerlijk leven het beroep van copy writer uit. |
Gerard Heederik (blz. 42), geboren 27 april 1927 te Wateringen (Z.H.), studeert medicijnen te Leiden. |
Paul ten Hoopen (blz. 41), geboren 2 maart 1927 te Doetinchem, is thans werkzaam bij het onderwijs te Utrecht en wondt zich dagelijks aan de eeuwige muze van pen en penseel. Hij debuteerde in 1952 in het tijdschrift Libertinage. |
Julienne Huybrechts (blz. 148), geboren 31 januari 1938 te Bandung, is thans onderwijzeres aan een jongenskostschool te Eindhoven. In het tijdschrift Roeping debuteerde zij met een negental gedichten. |
Harry Ikink (blz. 94), geboren 20 januari 1932 te 's-Gravenhage, is daar opgegroeid en weggegroeid en zoekt voorlopig zijn heil tussen Stockholm en Las Palmas. Zijn eerste gedichten verschenen in het tijdschrift Retirade. |
Bouke Jagt (blz. 64), geboren 8 april 1929 in de gemeente Odoorn, woont sinds 1931 in Amsterdam. Hij was banketbakker, winkelbediende, vertegenwoordiger, mijnwerker, bordenwasser, tweedehandshandelaar, redakteur-fotograaf, fabrieksarbeider, marinier etc. Sinds 1954 publiceert hij kinderverhalen en versjes in diverse dagen weekbladen. Hij is uitgever en redakteur van het tijdschriftje en Plein publique. Door zijn, overigens kortstondig, verblijf in de gevangenis als landloper, sukkelt hij nog steeds met banen. |
Eugène James (blz. 47), geboren 24 maart 1928 te Marigot/St. Martin (Antillen), en wel op het franse gedeelte van het eiland, vanwaar hij later naar het nederlandse gedeelte verhuisde. Hij ging op Curaçao school en werd naar Nederland uitgezonden om techniek te studeren. James woont nu te Amsterdam en is werkzaam bij een grote importboekhandel. In De Nieuwe Stem is een verhaal van hem verschenen. In het gedicht Ode aan een eerstgeborene komen enkele in Nederland praktisch onbekende woorden voor: een son is een gezongen en gedanste hulde aan de zon, een montuno een dergelijke hulde aan de maan. |
| |
| |
Frederice Kalmijn (blz. 145), geboren 5 oktober 1937 te Utrecht, is aldaar woonachtig. Zij volgt een cursus in de Studia Comoedia van Albert van Doorn te Amsterdam met het oog op het schrijven voor toneel, welke studie zij aan de Sorbonne hoopt te voltooien. Enkele van haar gedichten werden gepubliceerd in Maatstaf en Ontmoeting. |
Hans Keller (blz. 131), geboren 2 februari 1937 te Haarlem, is aldaar woonachtig. Hij vervulde zijn militaire dienstplicht en is thans journalist. Eerder publiceerde hij in Roeping. |
Charlotte Keuning (Ps.) (blz. 38), geboren 24 oktober 1926 te Amsterdam en aldaar woonachtig, volgde lessen op een tekenschool, was kantoorbediende, serveerster, pottebakster, telexiste etc. In de tijdschriften Ontmoeting en De Nieuwe Stem werden onder haar werkelijke naam gedichten van haar gepubliceerd. |
Ben J.M. van der Kleij (blz. 155), geboren 7 december 1938 te Kampen, thans woonachtig te Zwolle. Na zijn eindexamen H.B.S. werkte hij enige tijd in een leeszaal en vatte hij de studie nederlands op. Gedichten verschenen in het Overijssels Jaarboek en in het tijdschrift Roeping. |
Henk Kooijman (blz. 55), geboren 10 oktober 1928 te Haastrecht, waar hij nog woonachtig is. Hij herinnert zich, dat hij al op 7- of 8-jarige leeftijd soms ‘door een onuitputtelijke woordenstroom werd overvallen’, maar van wat poëzie was had hij tot op zijn 21ste jaar geen vermoeden. Een vast beroep heeft hij niet; hij was tuinier, dijkwerker, druivenplukker in Frankrijk, samensteller van een radioprogramma in Indonesië, op het ogenblik vooral schrijver van streekverhalen en artikelen over natuur en folklore van zijn geboortestreek. Op ongeregelde tijden laat hij zijn literaire krant Eerste en laatste nieuws verschijnen. Gedichten van hem vonden een plaats in Ontmoeting en Vandaag. |
André Kuyten (blz. 142), geboren 6 september 1937 te Amsterdam, nu woonachtig te Badhoevedorp. Hij studeert aan het hoofdstedelijk Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs, afdeling Grafische Ontwerpen. |
Tom Launay (blz. 164), is het pseudoniem van een gymnasiast, die op 9 juni 1941 te Groningen geboren werd. |
Huub Oosterhuis (blz. 103), geboren 1 november 1933 te Amsterdam, nu woonachtig te Nijmegen. Hij trad in 1952 in de Orde der Jesuieten, studeerde wijsbegeerte en bereidt zich voor op het priester- |
| |
| |
schap. Besprekingen van en essays over poëzie publiceert hij in het tijdschrift Streven. |
Rein Parker (Ps.) (blz. 72), geboren 5 februari 1930 te Jutfaas, is thans leraar nederlandse taal en letteren te Sittard. Hij debuteerde in Roeping en werkte ook mee aan het tijdschrift De Bronk. |
Nora Petit (blz. 17), geboren 18 mei 1923 te Amsterdam en aldaar woonachtig. Zij was jarenlang assistente bij een zenuwarts. Het tijdschrift Ontmoeting publiceerde verschillende malen gedichten van haar. In 1958 legde zij beslag op een reistoelage van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Een bundel is in voorbereiding bij Uitgeverij De Beuk te Amsterdam. |
Fred Pfeifer (blz. 61), geboren 14 februari 1929 te Rotterdam, thans woonachtig te Schiedam. Na vele beroepen (zoals uitgeverij en Rotterdamse haven) is hij beland bij het lager onderwijs. Zijn eerste publikatie bracht het tijdschrift De Nieuwe Stem. |
Durk van der Ploeg (blz. 79), geboren 6 september 1930 te Hoogkarspel (N.H.), woonde lange jaren te Andijk en sinds mei 1958 te Stiens. Zijn beroep is typograaf. Behalve nederlandse, schreef hij ook friese gedichten, die binnenkort onder de titel Lok op eachlinge gebundeld het licht zullen zien. De in deze bloemlezing opgenomen gedichten Vingertast op het water en Nu het licht zijn oorspronkelijk in het fries geschreven en door de dichter zelf in het nederlands vertaald. Hij werkt mee aan de tijdschriften De Tsjerne, It Heitelân en Ontmoeting. |
Nico W. Pot (blz. 53), geboren 20 mei 1928 te 's-Gravenhage, woont nu te Rijswijk (Z.H.). Hij was voorlichtingsambtenaar, passage-employé, fabrieksarbeider, KLM-steward, enquèteur, reisleider, copy writer etc.; tegenwoordig is hij reistechnisch medewerker bij een grote reisorganisatie. Gedichten van hem verschenen in het tijdschrift Podium. |
Hans Reddingius (blz. 74), geboren 14 augustus 1930 te Djakarta, is thans leraar in de plant- en dierkunde te Hoorn. Zijn eerste publikaties verschenen in de Leidse Civitas-Almanak; verder publiceerde hij gedichten in De Nieuwe Stem. |
Tine Roestenburg (blz. 156), geboren 29 januari 1939 te 's-Gravenhage, en aldaar woonachtig. Zij deed dit jaar eindexamen Gymnasium a. |
Fem Rutke (Ps.) (blz. 107), geboren 20 mei 1934 te Gouda, leeft als werkstudente te Amsterdam. Zij publiceerde gedichten in Proefschrift,
|
| |
| |
Podium, Vandaag IV en V en verder in de jongerentijdschriften Veri Feren en Klat. Zij is medewerkster aan Roeping, het belgische maandblad Het Cahier en de litteraire krant van Henk Kooijman, Eerste en laatste nieuws. |
Leopard S. (blz. 110), geboren 15 juli 1934, studeert te Amsterdam, publiceerde in enkele literaire tijdschriften poëzie. |
Els van Sitteren (blz. 88), geboren 4 juni 1931 te Amsterdam, woont te München. Voor haar huwelijk was zij journaliste. |
J.H. van der Starre (blz. 24), geboren 18 september 1924 te 's-Hertogenbosch, woonde van 1948 tot 1956 te Utrecht, thans te Rotterdam. Utrechtse studenten speelden twee toneelstukken van zijn hand: Geen reden om niet te huilen en De Samaritaan (de barmhartige), resp. in 1955 en 1956. Verzen verschenen in studentenuitgaven, terwijl het tijdschrift Ontmoeting een verhaal van hem bracht. |
Dick Steenkamp (blz. 26), geboren 21 september 1924 in het toenmalige Batavia, is thans leraar nederlands te Delft en woont aldaar. Hij debuteerde met een verhaal in het Debuten-nummer van Criterium (1948). Later publiceerde hij verhalen en gedichten in Roeping, Wending en Debuutvrij. |
Jan Stolk (blz. 82), geboren 22 december 1930 te Rotterdam, thans woonachtig te Blaricum. Hij is assistent bij een uitgeversfirma. Poëzie verscheen in Ontmoeting, poëzie en proza in diverse dag- en weekbladen. |
Inge Tielman (blz. 83), geboren 17 maart 1931 te Tegal (Java). Zij zwierf veel in het buitenland en oefende de meest uiteenlopende beroepen uit. In het tijdschrift Maatstaf verschenen gedichten van haar hand. |
J. Valentin (Ps. van J.A.A. van Leent) (blz. 36), geboren 24 oktober 1926 te 's-Gravenhage, is aldaar woonachtig. Hij is docent in de sociale psychologie aan de Rijksuniversiteit te Leiden. In het tijdschrift De Gids en in Vandaag verschenen gedichten van hem. |
J.J. Veenhuysen (blz. 134), geboren 15 april 1937 te Loosduinen, wordt gevangen gehouden in militaire dienst, waardoor de poëzie en de studie der franse letteren zeer in de verdrukking komen. |
Kris van de Velden (blz. 46), geboren 21 november 1927 te Hilversum. Hij is verbonden aan het Ballet van de Nederlandse Opera. |
Luitzen Visser (blz. 117), geboren 20 februari 1936 te Achtkarspelen (Fr.), is nu werkzaam op de afdeling onderwijs van de gemeente
|
| |
| |
Enschede. Het tijdschrift Ontmoeting publiceerde onder pseudoniem enige gedichten van hem. |
Mischa de Vreede (blz. 126), geboren 17 september 1936 te Djakarta. Zij publiceerde, toen zij nog in Zetten woonde, samen met twee jonge Nijmeegse dichters een privé-bundeltje met verzen onder de titel Morgen mooi weer maken (1956). In Podium verscheen proza van haar en in gard sivik poëzie. Zij woont te Amsterdam. |
Bab Westerveld (blz. 32), geboren 29 juli 1926 te Hilversum, woont tegenwoordig te Woerden. Hij leeft van een eenvoudige portable schrijfmachine. Deze dichter behoort tot de allereerste experimentelen; reeds in de nummers van het welhaast legendarisch geworden tijdschriftje Braak kan men gedichten van hem vinden. Na 1951 door ziekte sterk gehandicapt, is hij de homme manqué van het experimentalisme geworden. Hij publiceerde, afgezien van zijn zeer zwakke prae-experimentele bundel Snel, weinig op officieel-bedrukt papier. |
Nico J. Wilkeshuis (blz. 100), geboren 27 april 1933 te Deventer, waar hij nog woont. Hij studeerde te Utrecht en Amsterdam en is thans leraar nederlands aan het Openbaar Lyceum te Meppel. Korte verhalen van zijn hand zagen het licht in diverse studentenbladen en dag- en weekbladen, poëzie verscheen in het Overijssels Jaarboek en in het tijdschrift Proefschrift. |
Ben Wolken (blz. 20), geboren 15 juni 1924 te Nijmegen, thans leraar geschiedenis en nederlands te Delft. Hij publiceerde in de tijdschriften Roeping en Debuutvrij. |
Janna Wolkers (blz. 90), geboren 29 juli 1931 te Oegstgeest, nu woonachtig te Egmond aan Zee, publiceerde gedichten in Podium. |
Rita Zandt (blz. 136), geboren 6 juli 1937 te Groningen, is woonachtig te Amsterdam. |
Jan Zitman (blz. 30), geboren 17 oktober 1925 te Leiden, is nu journalist te Delft. Hij publiceerde gedichten in het poëzienummer van het illegale Utrechtse tijdschrift Parade der profeten, verder in Columbus, Maatstaf en Debuutvrij, en in de bloemlezingen De stijgbeugel en Gevleugeld woord. |
|
|