Dichters van morgen. Een bloemlezing uit de poëzie van jonge dichters(1958)–Ad den Besten– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 111] [p. 111] L'oeuf d'un colombe Ik haat de wereld waarin wij wonen en onszelf gelukkig proberen te maken de wereld waarin wij vallen, dwars door de mand van onze gedichten ik haat dit labyrinth waarin wij zwerven, mensen ontmoetend die eveneens vergeefs naar de uitgang zoeken, de zee strijkt het zand glad waarin wij zullen bijten maar van jou houd ik, ontzettend, ik sta met één been in 't graf, met één been op jou, als ik je kus, begint bij mijn mond een grote schoonmaak in mijn hoofd. Vorige Volgende