Dichters van morgen. Een bloemlezing uit de poëzie van jonge dichters
(1958)–Ad den Besten– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 69]
| |
dan zou ik neuriën
een aards refrein
met een kromme stem
zou mijn keel
gesnoerd zijn met
paarlen van hoop
wat zou er toch
op de wereld zijn
als ik dood was
zou je dan nog
van mij houden
net zo als nu
zou je 's avonds
naar de hemel opgaan
en mijn ogen inzien
als ik dood was
de wereld zou er
toch anders uitzien.
*
|
|