Dichters van morgen. Een bloemlezing uit de poëzie van jonge dichters(1958)–Ad den Besten– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De weelde van de zomer Een park is een pauw in de stad een trotse slang bij de hemel - niet leeg zoals in de winter vreemd tussen huizen ik wil een park voor de lente om nieuwe bomen te vinden en overjarig gras, geen gras om een glooiïng verlegen ik wil een lente nog anders met nergens te weinig bomen het water teveel want de paden verlies ik liever voor ogen ik wil een lente maar zwaarder misschien wil ik toch zomer wil ik toch ernstig van hier zijn een avond gevaar [pagina 25] [p. 25] ik kies mijn leven steeds beter ik woon al een park voor de zomer de slang van de dood in de stad wisselt langzaam van boom in het donker Vorige Volgende