Stenen tijdperk(1960)–Herman van den Bergh– Auteursrechtelijk beschermd Vorige [pagina 52] [p. 52] Grondwater Grondwater kolkt als ware niets gebeurd en wat langs de oever ingeworteld staat blijft stom. Het waterhoen stuift krijsend op - wellicht getuige - maar wij begrijpen niet zijn idioom. Grondwater wil een esdoornblad een stuk rot hout omkeren: te licht bevonden schommelen zij voort. Het loont de moeite niet de lekke boot te beuren, hem slechts zoeken zij nog die gisternacht hier zat en die zijn jas in 't wilgrijs achterliet. Geboren wordt de mens steeds hergeboren wie stierf houdt niet te sterven op. Zij zoeken in een afgrond tienduizendvoud de man van gister. Grondwater ruist, water van eeuwen - maar zie omhoog, zie naar het spiegelbeeld tegen een hemel die volgespijkerd is met dode vogels. Vorige