Het citherken van Jezus(1675)–Daniel Bellemans– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Heyligh Vleesch, en Bloedt Christi. Stemme: VVeest vrolyck Herders en zyt nu verblydt. (oft) Wat eeuw beleven wy in onsen tydt? (oft) Chere Cato. I Is tydt ô Heer' dat alle Vleesch u pryst Dat ghy hebt met uw Vleesch en Bloedt ghesp[y]st, Uw Vleesch en Bloedt het welck ons heeft verlos: Is nu gheworden onsen Dranck en Kost. 2.[regelnummer] O heyligh Vleesch! ô wonder Bruyloft-feest, Uw Vleesch, ô Jesu, dat voedt mynen gheest, Uw Vleesch verjaeght de sonden van het vleesch, Uw Vleesch door-steckt myn vleesch met uwe vrees. 3.[regelnummer] Veel Vleesch maeckt dat ons vleesch in welden swemt; Maer door dit Vleesch is 't dertel vleesch ghetemt, [pagina 123] [p. 123] In Bacchus-Wyn daer woont onkusscheydt in, Maer Jesus-Wyn ontsteckt de suyver' min. 4.[regelnummer] Ons vleesch is aen den gheest seer obstinaet, Uyt ons bedorven vleesch komt alle quaet, Maer uyt dit heyligh Vleesch en dierbaer Bloedt Komt alle Saligheydt, en alle Goedt. 5.[regelnummer] Gheen Vleesch, oft Bloedt en heeft my dat gheseydt Dat ghy met Vleesch en Bloedt in d'Hostie zyt, Maer uwen Vader die daer boven woont, Heeft my die Waerheydt door 't Gheloof ghethoont. 6.[regelnummer] Het Vleesch en Bloedt van heel het Aerde-ryck, En sal gheensins besitten 't Hemel-ryck, 't En zy ô Jesu dat uw Vleesch en Bloedt Ons Zielen tot het eeuwigh Leven voedt. 7.[regelnummer] De Gratie van dit heyligh Sacrament Is somtydts oock soo groot en vehement, Dat ons kranck lichaem, en ons teer ghemoedt, De kracht voelt van uw heyligh Vleesch en Bloedt. [pagina 124] [p. 124] 8.[regelnummer] Lof zy u Heer' en Glori' sonder endt, Lof zy u Heer' in 't heyligh Sacrament, Die alle Vleesch noodt tot uw Vleesch en Bloedt, Daer alle Vleesch door Saligh worden moet. Al is 't dat Brussel is vol Edel Bloedt, Al woont daer menigh genereus ghemoedt, Nochtans is Brussel meer door 't Bloedt vermaert Dat s'in dit Heyligh Sacrament bewaert. Vorige Volgende