Davids psalmen(1733)–Jan van Belle– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Drie-en-dertigste PSALM. Des Heeren naam met vreugdegalmen Te looven, past oprechten wel; Komt, looft hem dan met harpen, Psalmen, Met luit, tiensnaarig snaarenspel. Zingt met nieuwe klanken; Speelt om God te danken: Want de Heere is recht In zyn woord en werken, Recht in op te merken Wat men doet of zegt. [pagina 85] [p. 85] Drie-en-dertigste PSALM; voor Instrumenten. Psalm XXXIII. 1. Des Heeren naam met vreugdegalmen Te looven, past oprechten wel; Komt, looft hem dan met harpen, Psalmen Met luit, tiensnaarig snaarenspel. Zingt met nieuwe klanken; Speelt om God te danken Want de Deere is recht In zyn woord en werken, Recht in op te merken Wat men doet of zegt. [pagina 86] [p. 86] 2 Al de aarde is vol van 's Heeren zeegen En goedheid, 's hémels eind'loos rond Heeft door zyn woord begin gekreegen; Ja door den geest van zynen mond Lustte 't hem te stigten 't Heir der hémellichten. Hy vergaârt de zeen, Als te zaam gebonden, Stelt al's waerelds gronden Als een schat byeen. 3. Laat dan 't heelal den Heere vreezen; Elk zy voor hem met schrik belaân: God spreekt slegs en het is in weezen; 't Geen hy gebied is fluks gedaan. 's Heidens overweegen Stuit hy, staat hy teegen, Wyl zyns herten raad, Daad op zyn gedagten, In geslachts geslachten Eeuwiglyk bestaat. 4. Volzaalig volk! welks God de Heer is; Het volk dat hy verkooren heeft! God ziet van boven, en, dat meer is, Hy ziet hoe 't mensdom saamen leeft; [pagina 87] [p. 87] Uit zyn' vastighéden Ziet by na beneeden Al wat ieder doet. Hy, die 't herte maakte, Ziet, als op het naakte, Wat het heim'lyk broed. 5. Geen vorst verwint door tat van benden, Geen held door kragt van arm of zwaard. Nooit zag men 't krygsluk tot zig wenden Door sterkte van her oorlogspaard. Maar Gods oog is open Voor die op hem hoopen Met een diep ontzag; Dat hunn' ziel, onthéven Van de dood, ten léven Voedsel hebben mag. 6. Onze aller ziel verbeid den Heere, Die hulp verschaft in bangen tyd, Ons schild is, dat hy 't kwaade keere; Dies zig ons hert in hem verblyd. Wy vertrouwen veilig Op zyn' naam, zo heilig, Roem en eerens waard. Maak ons, Heere! almagtig, Uw' genaê deelachtig; Hoop met heil gepaard. Vorige Volgende