Najaarsbladen. Gemengde gedichten, 1874-1880(1881)–Nicolaas Beets– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 99] [p. 99] Afval. Wat afvalt van den hoogen God, Moet vallen. Een zelfde schuld: een zelfde lot Voor allen. 't Gezin, 't geslacht, het volk, de staat, De kleinen en de grooten: Verlaten wordt wat God verlaat, Wat God verstoot, verstooten. Wel hoort men daaglijks stem op stem Weerklinken: ‘Geen nood! wij redden 't zonder Hem!’ Maar die het zeggen - zinken. 1878. Vorige Volgende