Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden

Een kracht gaat uit van 's heilands kruis.
Aan Mevrouw M.K.d.W.

Een kracht gaat uit van 's Heilands kruis,

Om 't kruis hem na te dragen,

Te deelen in zijn smaad en hoon,
Zijn spotkleed en zijn doornekroon,

Zijn kaak- en geeselslagen.

Een kracht gaat uit van 's Heilands kruis,

Om naar zijn beeld te lijden,

Gehoorzaam, onderworpen, stil,
Zich sterkend aan des Vaders wil,

Den bangsten strijd te strijden.

[p. 180]

 

Een kracht gaat uit van 's Heilands kruis,

 

Die 't kruis maakt tot een zegen,

 

Die reinigt, heiligt, voorbereidt

 

En opleidt tot de heerlijkheid

 

Die 't meer dan op kan wegen.¹⁾

 

 

 

Heil dien, die in de school van 't leed,

 

Die kracht in zich laat werken,

 

Die, 't oog gevestigd op dat kruis,

 

Wat zee van ramp hem tegen bruis',

 

Door haar zich 't hart voelt sterken.

1) Rom. VIII, 18.