Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden(1904)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Doe. Toon, waar de ellende krijt, geen werkloos medelijden, Maar strek de handen uit tot redding, of verzacht. De daad zal de englen Gods verblijden; Zij wenden de oogen af van tranen zonder kracht. Vorige Volgende