Gedichten. Deel 4(1905)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Heilwensch. God, de Vader, make u rijk Door zijn allerrijksten zegen, En voorkome u vaderlijk Met zijn gunst op al uw wegen; Waar zijn hand u weidt en hoedt, Kent gij 't Goede, hebt gij 't goed. Vorige Volgende