MVltiplicatie, betekent vermenighvuldigen: En heeft gheen onderscheyd in de ghelijck ofte onghelijckheyd der noemeren / maar begeert de Tellers te zamen ghemultipliceert te hebben/ welckx product den generale Teller is. Ende in zulcker manieren wilze de noemers verhandelt hebben/ om te vinden den generale noemer.
Voorbeelden.
[pagina 160]
[p. 160]
4 Mul. ¼ met 5 / Facit 1 ¼.
5) M. ⅖ met 6/ Fa. 2⅖.
6 Mul. ⅖ met ¾/ Facit 3/10.
7) M. ⅜ met 2/9/ Fa. 1/12.
8 Mul. 2 met 4 ½/ Fa. 9.
9) M. 4 met 3 ¼/ Fa. 13.
10 Mul. 1 ½ met ¼/ Fa. ⅜.
11) M. 3 ½ met ¾/ Fa. 2⅝.
12
Multip. ⅔ uyt ¾ met ¾/ Facit ⅜.
13
Multip. ⅝ uyt 4/9 met 3/7/ Facit 5/42.
14
Multip. ¼ uyt 1 ½ met ¼/ Facit 3/32.
15
Multip. 3/2 uyt 3 ¼ met 2 ½/ Facit 4 3/16.
Multipliceert 25 met 14 ½/ Facit / dit op de voorgaande maniere te wercken / zoude wat swaar vallen/ maar op de naar-volghende wijse gansch licht. Multipliceert 15 met 14/ comt 350/ ende 25 halven zijn 12 ½/ die addeert tot 350 comt 362 ½.
[pagina 161]
[p. 161]
Merckt.
Dat alhier gemultipliceert worden gheheelen ende ghebroken getalen/ en is gheen meerder swaarigheyd/ als inde voorgaande voor-beelden ghevallen is: Want zoo haast als den multipliceer-broock zijn werck ghedaan heeft/ zoo deelt 'tmultipliceer getal/ (ofte 'tghetal daarmen mede ghemultipliceert heeft) in alzulcken deel / als de broock van 'tghemultipliceerde ghetal vereyschen zal. 'Tproduct stelt onder d'ander ghetalen/ etc.
Auteursrechtelijk beschermd
