zitdag
zitdag (de, -en)
• | spreekuur van bijvoorbeeld een politicus |
• | koopdag van een openbare verkoop |
OPENBARE VERKOPING VAN EEN WOONHUIS
gelegen in het woongebied. Indeling: living, eetkamer, keuken en achterkeuken; verdieping: 2 slpks en badk., zolder, ruime kelder, afzonderlijke garage. Mazoutverwarming. Vrij na betaling. Bezoeken: elke woens- en donderdag van 14 tot 17 uur. Inlichtingen op het kantoor van de notaris.
Enige zitdag: maandag 7 april 2003 om 16.00 uur,