zak
zak
• | (draag)tas |
- | plastiek zak, plastic tas |
Twee personen, gemaskerd met een bivakmuts, stapten de kledingszaak binnen en gingen naar de toonbank. Onder bedreiging van een wapen dwongen ze de bediende om geld in een plastiek zak te steken. - LN, 15-01-2003
Een uitzondering is het stamroosje, een gecultiveerde roos op stam. Daar moet je wel bovenaan beschermen, met name op de occulatieplaats. Je kan dat doen met een plastiek zak, maar mooi is anders. -
| |
BvL, 13-11-2002
- | iemand in de zak steken/zetten, iemand bedriegen, foppen, beetnemen |
Ze is zeer plichtbewust, bijt van zich af en laat zich niet in de zak zetten: de gevolgen van een opvoeding tussen twee jongens. - LN, 05-06-2002
‘Dit is een schrijnend voorbeeld van hoe gewetenloze verkopers simpele mensen in de zak zetten’, zegt de moeder wiens zoon inging op een voorstel van xxx. - GvA, 21-02-2003
- | ieder/elk voor zijn (eigen) zak, iedereen betaalt zijn eigen rekening |
- | in de zak tasten/schieten, betalen, afdokken |
|
|