vooreerst
vooreerst (bw.)
• | in de eerste plaats, eerst, vooral |
De harde beslissing van Philips is onmiskenbaar een zware aderlating voor deze regio. Vooreerst omdat meer dan duizend mensen, van wie sommigen al tientallen jaren voor Philips werken, moeten horen dat er straks voor hen geen job meer is. - BvL, 04-12-2002
|
|