verpleegassistent, verpleegassistente
verpleegassistent (de, -en), verpleegassistente (de, -s & -n)
• | <bnl.> niet-gediplomeerd help(st)er bij de verpleging, verpleeghulp |
Dit jaar trekken ze voor de laatste keer mee om 150 rammelende magen stil te houden. Ze zijn er tevens verpleeg-assistent, vervangmoeder en -vader, chauffeur en zoveel meer. - HN, 20-07-2002