tussen
tussen (vz. en bw.)
- | tussen dit en een week, binnen een week |
- | tussen vier ogen, onder vier ogen |
- | zo tussen de twee, zozo, middelmatig |
- | er voor (n)iets tussen zitten, er (n)iets mee te maken hebben |
De revanche van Sint Jan na de driepuntsnederlaag op Neufchateau mocht er best zijn, de nipte nederlaag op Verviers was spijtig. Maar het uitvallen vroeg in de wedstrijd van Pieter Van Rillaer zat daar wel voor iets tussen. - GvA, 13-03-2003
Neen, de staat van het veld zat er voor niets tussen. Ik denk eerder een gebrek aan competitieritme, een gevolg van die langgerekte winterstop. - BvL, 25-02-2003
- | er niet van tussen kunnen, er niet onderuit kunnen, er niet aan kunnen ontkomen |
|
|