tand
tand
• | in België ook: kies |
- | een tandje bijsteken, een extra inspanning doen |
We moeten een tandje bijsteken want in onze meerjarenplanning staat zwart op wit dat wij op het einde van deze legislatuur in totaal voor minstens vijftien kilometer voetpaden moeten hersteld of aangelegd hebben. - LN, 01-02-2003
- | iemand een tand trekken, <fig.> iemand beetnemen, iemand bedriegen |
- | dat is naar je tand, dat is naar je smaak, naar je zin |
|
|