taalstelsel
taalstelsel (het, -s)
• | <bnl.> stelsel, geheel van regels voor het gebruik van de landstalen |
Ouders moeten vrij kunnen kiezen in welke school hun kinderen worden ingeschreven, los van het taalstelsel, meende De Croo. Momenteel wordt als criterium nog de herkomst gebruikt, en dit wordt gecontroleerd door taalinspecteurs. - DS, 21-02-2001
|
|