spijzen
spijzen (spijsde, gespijsd)
- | de kas spijzen, de kas spekken, van de nodige geldmiddelen voorzien |
‘Op die manier komen we ondermeer tegemoet aan de vele socio-culturele verenigingen die hun kas spijzen met de verspreiding van programmaboekjes waarin nogal wat advertenties van plaatselijke middenstanders zijn opgenomen’, zegt schepen van Financiën René xxx. - HN, 06-02-2003
De verkoop van de cd moet de kas van de vereniging spijzen. Er zijn 1.500 exemplaren geperst. - LN, 06-11-2002
- | een blad/vereniging spijzen, financieren, subsidiëren |