Vlaams-Nederlands woordenboek(2004)–Peter Bakema– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende schalie schalie (de, -s & -liën) •lei, leisteen, vooral voor dakbedekking Daar schoven door de wind een aantal stukken schalie van dakbedekking de dakgoot in. - LN, 30-04-2002 Vorige Volgende