pin
pin
- | voor de pinne(n) komen, voor de dag komen, te voorschijn komen, zich vertonen, op de proppen komen |
Steve Stevaert is daarvoor, noblesse oblige, zelfs met een creatieve financiële constructie voor de pinnen gekomen. Het komt erop neer dat Antwerpen niet alleen nieuwe en betere leien krijgt, maar ook nieuwe en betere voetpaden. - DM, 05-08-2002
Deze week moet de Britse premier, Tony Blair, met de asielcijfers voor de pinnen komen. - DS, 11-02-2003
- | (gierige) pin, vrek, gierigaard |
|
|