Vlaams-Nederlands woordenboek(2004)–Peter Bakema– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende overste overste (de, -n) •chef, baas, hoofd Bij de ondervraagde werknemers gaven vooral mannen toe dat ze de capaciteiten van hun directe overste in twijfel trokken, of minstens evenaarden. - LN, 31-07-2002 Vorige Volgende