inzitten
inzitten (zat in, ingezeten)
- | met iemand inzitten, met iemand meevoelen, meeleven |
En hoe lang gaan wij als supporters nog lijdzaam aanzien, hoe managers, die geen moer inzitten met Lommel SK, ons clubke naar de vaantjes helpen? - BvL, 24-10-2002
- | er goed inzitten, rijk zijn, er warmpjes bij zitten |