inroepen
inroepen (riep in, ingeroepen)
• | zich beroepen op, ter verdediging aanvoeren: verzachtende omstandigheden/een argument inroepen |
Tegelijk kan u op uw beurt de exceptio non adimpleti contractus inroepen: zolang hij uw facturen niet betaalt, voert u niets meer uit. - Bizz, 25-10-2002
Voldoet de overeenkomst niet aan de wet-Breyne, dan kan u als bouwheer de nietigheid inroepen van de hele overeenkomst, ofwel van het betwiste beding. - LN, 25-10-2002