gast
gast (de, -en)
• | jongen, kwajongen, kerel |
Brood & Banketbakkerij te Tervuren zoekt VOLLE GAST EXTRA GAST voor weekend
Gevraagd voor beenhouwerij SLAGERSGAST full time
En je weet tenminste zeker dat die gasten de gevangenis ingaan. Anders dus niet hé, als het onderzoek te lang duurt worden ze vrijgelaten voor ze voor de rechtbank moeten verschijnen, en zijn ze ribbedebie. - Humo, 12-08-2002
- | de gasten, de gastjes, de kinderen |
• | knecht, hulp: bakkersgast, beenhouwersgast |
- | halve gast, leerling, jonge knecht in opleiding, halfwas |
- | volle gast, ervaren vakman, volleerde knecht |