bol
bol
• | snoepje, babbelaar, suikerbal |
‘Zetels verkopen op een vliegtuig is net hetzelfde als bollen verkopen in een bollenwinkel’, zegt xxx. - DS, 15-11-2002
• | bolvormig kommetje, kop zonder oor |
- | bol knoflook, teentje knoflook |
Bereiding: snijd een kapje van de bol knoflook, sprenkel er olijfolie op en wikkel de bol in aluminiumfolie. - HN, 30-11-2002
- | bolletje deeg, balletje deeg |
Zijn grootvader, Désiré Smidts, werkte zowat een eeuw geleden als leerjongen in de banketbakkerij Laquemant in Rijsel en creëerde de galet door een bolletje deeg in een eenvoudig wafelijzer te stoppen. - DM, 01-06-2001
- | iemand de bol wassen, iemand een standje geven, iemand op zijn kop geven |
Onze trainer zou ze trouwens flink de bol wassen. Jean-Pierre xxx is niet de eerste de beste. Hij kent alle technische, tactische psychologische details en hij houdt de vlam permanent in de pan. - HN, 26-05-2000
|
|