amen
amen
- | amen en uit, punt uit, afgelopen, basta |
Ik had niks meer te verliezen. Ik heb gezegd: ‘Maurice, het is genoeg geweest. Amen en uit.’ - DS, 11-01-2003
‘We begonnen goed, maar slikten domme tegengoals,’ aldus Koen Daerden. ‘Vooraan misten we de kansen en achteraan gaven we ze weg. Dan is het amen en uit.’ - BvL, 20-01-2003
|
|