Bibliografie van de literaire tijdschriften in Vlaanderen en Nederland. De tijdschriften verschenen in 1985

[p. 403]

Zwart Wit

Tweemaandelijks tijdschrift voor literatuur¹
Opgericht in 1982

Redactie: Cees P. Blij, Paul Dijstelberge, J. Kluiver
Redactieadres:
Jg. I,	1:	Jeroen Kluiver, Elandstraat 189, 1016 SB Amsterdam
Jg. I,	2 - II, 1:	p.a.C. Blij, Elandstraat 35 3, 1016 RX Amsterdam
Jg. II,	2 - IV, 4:	p.a.C. Blij, Eglantierstraat 222 B, 1015 PT
Amsterdam
Jg. I,	nr. 1:	mei-juni 1982, 52 pp.
	nr. 2:	juli-augustus 1982, 44 pp.
	nr. 3:	september-oktober 1982, 48 pp.
	nr. 4:	november-december 1982, 48 pp. + Kerstbijlage, 32 pp.
	nr. 5:	januari-februari 1983, 64 pp.
	nr. 6:	maart-april 1983, 64 pp.
Jg. II,	nr. 1:	mei-juni 1983, 60 pp.
	nr. 2:	juli-augustus 1983, 48 pp. + Zomerbijlage
	nr. 3:	september-oktober 1983, 56 pp.
	nr. 4:	november-december 1983, 52 pp.
	nr. 5:	januari-februari 1984, 60 pp.
	nr. 6:	maart-april 1984, 56 pp.
Jg. III,	nr. 1:	mei-juni 1984 - nr. 6: maart-april 1985, 320 pp.
Jg. IV,	nr. 1:	mei-juni 1985, 56 pp.
	nr. 2:	juli-augustus 1985, 48 pp.
	nr. 3:	september-oktober 1985, 52 pp.
	nr. 4:	november-december 1985, 52 pp.

1 Met inhoudsopgave Jg. I in II, 1, pp. 58-59; van Jg. II in II, 6, pp. 53-56; van Jg. III in III, 6, [pp. 318-319]

Artikels van de redactie

Voorwoord, 1982, I, 1, pp. 3-5 ‘Wèg met de kletskoekverhalen en de zouteloze poëzie!’ (p. 4)

De uiteindelijke inleiding, 1982, I, 3, pp. 3-5 ‘Schrijven wat je wilt, het zo goed mogelijk doen... Onafhankelijk zijn’ (p. 5)

Inleiding (een jaar later), 1983, II, 1, pp. 3-5 ‘Zwart Wit is nu een literair magazine geworden met een duidelijke opbouw’ (p. 3)

[p. 404]

Redactioneel, 1983, II, 3, pp. 3-4; 4, pp. 3-5

Inleiding; Voorwoord, 1984, II, 5, pp. 3-4; 6, pp. 4-6 Met uitslag Proza- en poeziewedstrijd ‘Lentebokaal’ (in nr. 6)

Redactioneel, 1984, III, 3, p. 116

Voorwoord; Redactioneel, 1985, III, 5, p. 223; 6, p. 271

Ter inleiding van de 4de jaargang; Redactioneel, 1985, IV, 1, p. 3; 3, p. 3; 4, p. 3

I. Poëzie

BAKHUYZEN, K. Leeuw, 1984, II, 6, p. 29 ‘Jij gaat niet gepantserd door je natuur’

BALENS, Luk ‘Als ge het kent om sigaren te kopen’, 1984, II, 6, pp. 9-10

BANNENBERG, André De poolvos, 1984, II, 6, p. 26 ‘Het langzame verweer’

BASGITAAR, Bob Najaarsschemer, 1983, I, 6, p. 28 ‘De trage wiekslag van de avond.’

BINET, A. Requiem voor een school, 1983, II, 2, p. 47 ‘Als straks de meester de deur achter zich sluit,’

BLIJ, Cees [Gedichten], 1982, I Een vriend: ‘Bij terugkeer van een buitenlands verblijf’ 3, pp. 9-10 Mijnheer Colson: ‘Mijnheer Colson is op weg naar zijn kantoor’ Kerstbijlage, p. 19 - Met ill.: Frank Leenhouts [Gedichten], 1983, II Zonder titel: ‘Allemaal tranen in de koele meren des doods’ 2, p. 21 Mijnheer Colson: ‘Zondagochtend; meneer Colson is rustig aan het pedaleren’, 2, p. 22 - Met ill.: Frank Leenhouts ‘Bewasemde ruit’ 3, p. 26 [Gedichten], 1985, III, 5, pp. 242-244 Alphabet aanschouwt adembenemend avontuur^1: ‘Brallerige bende bezoekt Baarnse bossen,’ pp. 242-243 1985: ‘Ik schrijf het eerste sonnet in 't nieuwe jaar’ p. 244

BRAS, Daniël De haat, 1984, II, 6, p. 30 ‘het oog in de maan’

1 Ondertekend A.B.C. Blij

[p. 405]

BULENS, Luk [Gedichten], 1984, III Het konsert: ‘asperges zijn groenten’ 1, pp. 13-21 De training: ‘Kijk, zo goed zou ik ook willen’ 2, p. 76 Betonnen perzik: ‘Ik verlaat een volmaakt hotel’ 2, p. 77 De reeën van Antwerpen: ‘Stel je eens voor dat je een echte’ 2, p. 78

COLSON, Marie [Gedichten], 1982, I Liefdesbrief: ‘Ik heb mijn gevoelens’ 1, p. 18 De zin van het bestaan: ‘De dochter van de snackbarhouder’ 1, p. 19 De juiste koers: ‘Om een uur of vijf 's ochtends’ 1, pp. 20-21 Vergetelheid. Regen: ‘De metaforen van een nutteloos verleden’ 3, p. 25 Woorden zijn gratis: ‘De meeste dichters die ik lees’ 3, p. 26 Een gezonde kijk op de wereld: ‘Met een in alcoholica bijgezette kater’ 3, p. 27 Sebastian te Lagos, 1983, I, 6, p. 29 ‘Het harnas uit ruwe blokken’

DIJSTELBERGE, Paul [Gedichten], 1982, I Oost, 2, pp. 40-43 1. ‘Als je gaat kijken om niets te zien’ p. 41 2. ‘Achter de kapotgeslagen huizenrijen’ p. 42 3. ‘Temidden van het onkruid’ p. 43 Liefde^1: ‘De regen valt gestaag’ 4, p. 43 Zonsondergangen boven zee, 1983, I, 6, p. 30 ‘Zoals ik ween om rozen’ Ik weet het ook niet, 1983, II, 3, p. 25 ‘Zaterdagmiddag’ Deux pavanes pour un poète défunt, 1984, III, 1, p. 10 1. ‘Hij sprak’ 2. ‘Als’

DUYFF, Tim Lichaam, 1984, II, 6, p. 36 ‘rank’

FLADDERAK, Jacob [Gedichten], 1983, II Twee proeven van rijmdwang, 1, pp. 54-55 1. ‘Schaduwen uit een ver verle'en’ p. 54 2. ‘Schaduwen uit een ver verleden’ p. 55 Vakantietijd: ‘Zodra de lente in het land is’ Zomerbijlage, p. 31

GEEMERT, J.H. van Voorjaar, 1984, II, 6, p. 37 ‘Hij had buiten de zon gerekend’

1 Publieksprijs Amsterdamse Zondagsdichterswedstrijd 1981

[p. 406]

GHOLAERTS, Abel [Gedichten], 1984, I, pp. 40-45 Zei een Antwerpenaar: ‘in mijn leven’ pp. 40-41 Kleuren: ‘Nu ik in mijn dromen’ pp. 42-43 In het lommer van bloeiende jongelingen: ‘Heb je,’ pp. 44-45 Portret van een vijftiger, 1984, III, 3, p. 151 ‘Katerige brieven’

GROEN, Jan Willem [Gedichten], 1982, I De kater: ‘Na het drinken van enige glazen wisky’ 1, p. 49 Paljas: ‘Ik vertoefde laatst op een feest’ 1, p. 50 Visioen: ‘De uitgestalde knekels in het dodenhuis’ 3, p. 6 Macramé als vorm van geestelijke hulpverlening: ‘De ramen rinkelen van stil geluk’ 3, pp. 7-8

HAANAPPEL, Joachim Onder parasieten, 1982, I, 3, p. 29 ‘Dat hoogleraren lulkoek ventileren’

HOOGH, Leon de Verzen, 1983, II, 2, pp. 80-97 Nooit: ‘Nooit zal ik meer tot u in mij wenden’ p. 80 Hoe blauw en diep: ‘Hoe blauw is de lucht voor het stinkend reptiel?’ p. 81 Vlinders: ‘Met mijn petje’ p. 82 De nar: ‘Hier loopt de aan de kar’ p. 83 Waarom?: ‘ik sprak met een’ p. 84 Midden: ‘Ik loop hoog over wolken’ p. 85 Hoehoe: ‘Trouw met de prinses en’ p. 86 Op een lewerick: ‘In meyn stommeteyt voor een duyf’ p. 87 De scooter: ‘Wie moet er een scooter?’ p. 88 De stoet: ‘De stoet van feiten trekt voorbij’ p. 89 Pianoles: ‘Op monsterbeest van fis en bes’ p. 90 Massa: ‘Ik dicht niet voor de massa’ p. 91 Hongerterzine: ‘Met oren suizend van de honger’ p. 92 Alles: ‘Ik houd van mijmeren’ p. 93 Experiment: ‘Ik heb geprobeerd om experimenteel te zijn,’ p. 94 En toch, pp. 95-96 Memento: ‘Heel simpel en stil’ p. 97 Verzen, 1983, II, 4, pp. 182-187 Gedichten: ‘De beste gedichten’ p. 182 Inkeer: ‘Is goed een wijle stil te staan’ p. 183 Op de koffie na de maaltijd: ‘Ziengkrak van maalmasjien’ p. 184 Een vieze griet, p. 185 Hé: ‘Hij smeet zijn bierglas in de lucht’ p. 187 Paf: ‘Grimmig schoof hij aan de bar’ p. 187 Verzen, 1984, II, 6, pp. 298-302 Handen: ‘Daar ben ik weer’ p. 298 Mijn stad: ‘De koffiemolen van verkeer’ p. 299 Kantoorzang: ‘O kantoor, mijn kantoor’ p. 300 Op- en omgang (evt. afgang): ‘Het ik op de spits, de spiets, de fiets,’ p. 301 Verveling: ‘Nu komen de avonden van verveling, p. 302

[p. 407]

HUYGEN, René [Gedichten], 1983, II, 1, pp. 44-46 Dichtervorst 1: ‘dichter in ascese’ p. 44 Dichtervorst 2: ‘debuterend’ p. 45 Dichtervorst 3: ‘het woei’ p. 45 ‘de ommuurde aarden graven’ p. 46

KANNEKENS, Wim Alles komt goed, 1984, III, 2, pp. 71-75 - Met ill. ‘verbreek gesloten contracten’ Jazz, 1985, IV, 2, pp. 21-26 ‘Hij had er geen verklaring voor’

KARBARGENBOK, K.J. van Kuur, 1982, I, 2, pp. 13-14 ‘Wij wandelen door afbraakwijken,’

KLUIVER, Jeroen Het maalfeest, 1982, I, 1, pp. 26-42; 2, pp. 18-23 ‘Wanneer ik aankom in de feestzaal’ [Gedichten], 1982, I, 2, pp. 15-17 Zandruiters: ‘Met wat gedichten lig ik in het duinzand’ p. 15 Antwerpen: ‘Zondagmiddag. De markt is over.’ p. 16 Roem: ‘Ik werd melaats;’ p. 17

KOK, Peter ‘Donkere kamers doemen’, 1984, II, 6, p. 38

LEENHOUTS, Frank ‘Is uw gelaat niet beeldscherm van een ziel,’ 1982, I, 4, p. 15

LINNEMANN, Benno ‘De nacht is gevallen’, 1982, I, 3, p. 47 Avondstemming, 1983, I, 5, p. 20 ‘Een libelle scheert over het wateroppervlak.’ [Gedichten], 1983, II What's in a name 1: ‘De dichter kon niet slapen.’ 3, p. 27 What's in a name 2: ‘De dichter ligt te dromen’ 3, p. 27 De dichters: ‘Achterberg, Arends, Lucebert,’ 3, p. 28 Drente in December: ‘Grauwe luchten liggen als een rouwkleed over het land’ 4, p. 34

MOLENAAR, P. Portret, 1984, II, 6, p. 45 ‘Ik schilder’

MULDER - VAN TILBURG, Y.M. Rouw, 1984, II, 6, pp. 46-47 ‘In mijn borst’ Verdun, 1985, III, 6, p. 284 ‘de loopgraven van Verdun’

[p. 408]

NANTES, Joseph Gulzig, 1984, II, 6, pp. 48-49 ‘Ze zit in de kring’

ONGENAA, Boudewijn Rozegeur en maneschijn, 1982, I, 1, p. 25 ‘Alles was rozegeur en maneschijn tussen ons’

PEEREBOOM, Marianne Vertraagde reïncarnatie, 1983, I, 5, p. 52 ‘de wil om terug te keren’

RIVERSIDE, Lawrence Titanic, 1983, II, 4, pp. 24-25 ‘Laughing is one way of dealing’

SALONTIS, R. Angst, 1982, I, 3, p. 28 ‘Ik sterf’

SNELTEN, Kim ‘Een ander ziet me staan’ 1983, I, 6, p. 62

STEEN, Paul van der [Gedichten], 1984, II, 6, pp. 27-28 Ook een gedicht: ‘omdat de pindakaas op was’ p. 27 Sur place: ‘Wat appelcider op tafel’ p. 28 [Gedichten], 1984, III ‘Dit liedje’, 1, p. 22 Virus alleen: ‘Zodra de dag een ring aan mijn vinger’ 2, p. 105 ‘Zo welt het behang’ 2, p. 107 ‘Op een dag zal ik doorzichtig zijn,’ 4, p. 202 ‘Er is in dit leven niets’ 4, p. 203 [Gedichten], 1985, III Oerstem: ‘Ik hoor je stem’ 5, p. 241 Oorlogsideaal: ‘zo te sterven’ 6, p. 283 [Gedichten], 1985, IV ‘de rust’ 2, p. 43 ‘toen’ 2, p. 44 Het gebladerte: ‘In hun tempels van wit papier’ 2, p. 47 Zorgvuldig lijntje: ‘al zal het kervend hout breken’ 3, p. 27 Adagio: ‘Als de brede, brede schacht tempert’ 3, pp. 28-29

STEENBERGEN, J.J.A. [Gedichten], 1983, II Wintermorgen: ‘Als ik dan de deur open doe’ 1, p. 56 De gulle lach op heden: ‘Gisteren dacht ik nogal onverwacht’ 2, p. 9; 3, p. 21^* ‘Soms’, 3, pp. 22-24 ‘Machinaal’ 4, p. 21 ‘Wanneer ik op jonge leeftijd’ 4, pp. 22-23

* Juiste versie

[p. 409]

Verplaatsing, 1984, III, 1, p. 12 ‘Zoals water blinkt in de koele ochtendzon’

STYLAMY, F ‘De mens is een zwam’, 1984, II, 6, pp. 50-51

TITS, Dirk Uit: De dode gedichten, 1985, IV, 4, p. 25; 26 Gedicht opdat het donker wordt; Ontdaan van alle schaamte sta ik naakt

VISSERS, Jan Open, 1984, II, 6, p. 52 ‘de dichter dicht’ De woorden, 1984, III, 1, p. 23 ‘er zat een Amerikaan aan de bar’ Vertrouwen, 1985, III, 5, p. 238 ‘door lippen omstulpt’

WAGNERMAZ, J. Een voorstelling (parterre), 1983, I, 5, p. 25 ‘de avond hangt stijf tussen bomen’ Twee gedichten, 1983, II, 2, pp. 36-37 1. ‘achter het blauw van de’ p. 36 2. ‘binnen weemoedsnelle’ p. 37

II. Proza

BALENS, Luk De palingen zijn des heren vergissing^1, 1984, II, 6, pp. 7-8

BLIJ, Cees [Verhalen], 1982, I Carrère; Reünie; Maagkramp, 1, pp. 22-24; 43-45; 46-48 Banden plakken, 2, pp. 25-39 Een vriendendienst, Kerstbijlage, pp. 3-18 Alle hens aan dek, 1983, II, Zomerbijlage, pp. 18-30 Kamperen is leuk?, 1984, III, 3, pp. 152-162 Geloof, hoop en liefde, 1985, IV, 4, pp. 27-51

BOMBET, Alexander Brief uit Rome, 1983, II, Zomerbijlage, pp. 12-17

BREMER, Johan Morbus Insolae, 1983, II, Zomerbijlage, pp. 3-11

1 Eerste prijs De Lentebokaal van Zwart Wit

[p. 410]

COLSON, Marie In de voetsporen van Petrarca^1, 1984, II, 5, pp. 28-43 1. Avignon; 2. Vaucluse, pp. 28-35; 35-43 Pietro Aretino, Dialogen (Uit: Ragionamenti). Inl. & vert.: M. Colson, 1985, IV, 3, pp. 4-5; 4, pp. 6-8 & 3, pp. 6-16; 4, pp. 8-18

DIJSTELBERGE, Paul Voorbereidingen tot een feest, 1982, I, 1, pp. 16-17 Charles Bukowski, [Fragmenten]. Inl.^2 & vert.: P. Dijstelberge, 1982, I, 2, pp. 3-5; 6-12 Women (p. 82); Factotum (ch. 16), pp. 6-7; 8-12 Mijn leven als gek, 1982, I, 3, pp. 11-24; 4, pp. 16-24; 1983, I, 5, pp. 12-19 ‘Theater’, 1983, II, 2, pp. 11-20 Armoe en liefde, 1983, II, 4, pp. 45-59 De geschiedenis van mijn tijd, 1984, III, 4, pp. 204-219 Ecbatana; Interim anoniem, pp. 204-208; 208-219 De geschiedenis van mijn tijd, 1985, III, 6, pp. 285-297; IV, 2, pp. 28-42; 3, pp. 30-50 Imaginaire landschappen, pp. 285-289 Betelgeuze (een naturalistisch romanfragment), pp. 290-297 Het betoverde woud; Hemelse sferen, 2, pp. 28-36; 37-42 Polyphemus (Een verkenning in de romantiek), 3, pp. 30-50

DOORNAAR, R.F. Zoveel en vormlozer dan dromen, 1985, IV, 1, pp. 36-55

DUYFF, Tim Johan, 1984, II, 6, pp. 31-35

HENDRIKS, Freek Een paradijsje, 1983, II, 4, pp. 29-33

HOOGH, Leon de Melig leven (fragment), 1984, II, 2, pp. 108-111 Een klein experiment, 1984, II, 3, pp. 136-142 Lieve Inge, 1984, II, 3, pp. 143-150 Waar geween zal zijn en knersing der tanden, 1985, III, pp. 245-251 Dromen, 1985, III, pp. 252-255

KANNEKENS, Wim Mijnheer Van der Wellen^3, 1984, II, 6, pp. 11-22

1 Met sonnet, ‘Ik zucht en lijd...’ in de vert. van Frank van Doorn, p. 44

2 ‘Iets over Charles Bukowski’

3 Tweede prijs De Lentebokaal van Zwart Wit

[p. 411]

De brief, 1984, III, 1, pp. 3-9 Gejaagd proza, 1984, III, 4, pp. 189-201 Love me tender, 1985, IV, 4, pp. 19-24

KLONKER, S.C. Vriezen, 1982, I, 4, pp. 44-47

KLUIVER, Jeroen Vormen van bedrog. Een ontdekkingstocht, 1982, I, 4, pp. 26-42 Vormen van bedrog. II. Een visserstocht, 1983, I, 6, pp. 31-52 Onaangediend bezoek; De hond, 1983, II, 3, pp. 34-55; 4, pp. 6-12 Het laatste raam, 1984, III, 2, pp. 60-69

KRATER, S.O. Liefde en het tweede gezicht - neo-platoonse dialogen-, 1983, II, 1, pp. 35-43; 2, pp. 38-46

LAMSDONCK, Frank Wereldgeschiedenis, 1984, II, 6, pp. 39-44

LEENHOUTS, Frank Dagboekaantekeningen [Op reis: Zwitserland, Griekenland, Italië)^1, 1983, I, 5, pp. 26-50 - Met ill. door Morandi

LEMEREIS, Jaap Een proeve van trizofrenie^2, 1984, II, 6, pp. 23-25

LINNEMANN, B. Kerstavond, 1982, Kerstbijlage, pp. 20-31 Opgenomen, 1985, III, 6, pp. 303-317

NAUTA, P. De laatste woorden uit ‘Versch Holland’, 1983, I, 5, pp. 21-24

PENNARTZ, Cyriel Het transcontinentale kanaal, 1985, IV, 3, pp. 17-26

REYS, Ellen Hoe heerlijk was het kolonieleven, 1983, II, 2, pp. 31-35

STEENBERGEN, J.J.A. De zelfdoder, 1983, II, 1, pp. 6-14

STROET, Henri Het bezoek, 1983, I, 5, 53-63

1 Gedateerd: Juli '81

2 Tweede prijs De Lentebokaal van Zwart Wit

[p. 412]

VREDENBURG, E. L.F. Céline, [Fragmenten]. Vert.: E. Vredenburg, 1983, II Uit ‘Guignol's bende’, 1983, II, 2, pp. 23-30 Uit ‘Rigaudon’, 3, pp. 12-20

WAGNERMAZ, J. Peter en de wolf, 1983, II, 1, pp. 47-53 Over het verliezen (een registratie in 3 delen), 1983, II, 4, pp. 35-51

IV. Kritische bijdragen

BLIJ, C. [Louis Paul Boon], 1983, 1, 6 pp. 4-27 - Met facs., ill. Over Louis Paul Boon, pp. 4-13 Over Menuet, pp. 18-24 De bedevaart [naar het graf], pp. 25-27 Met Willem Elsschots Voorwoord bij Mijn kleine oorlog: ‘Over Boon’, pp. 14-17 Braga. Dichterlijke mengelingen, 1984, II, 5, pp. 5-24 Over J.J.L. ten Kates dichtbundel Dichterlijke mengelingen en over Braga (1842-1843), het tijdschrift waarin de gedichten het eerst gepubliceerd werden 3 × Louis Paul Boon, 1985, IV, 1, pp. 4-35 Inleiding, pp. 4-6 1. Verenigingsleven [Louis Paul Boon Genootschap], pp. 7-11 - tek. van Wilhelm Mechnig 2. De laatste uithoek [opvoering], pp. 12-24 Bewerking van De Kapellekensbaan door Paul Juchtmans; regie: P. & Suzanne Juchtmans 3. Het plastisch werk van Louis Paul Boon in ‘retrospectief’^1, pp. 26-35 - ill. Aan de vergetelheid ontrukt. Inleiding [tot de rubriek], 1985, IV, 2, p. 5 Lode Zielens^2, 1985, IV, 2, pp. 7-17 - Met facs., prttek.: Cees Blij

COLSON, Marie Der Tod am Wannsee (Over Heinrich von Kleist † 21.11.1811), 1984, III, 1, pp. 24-39 Met diens brieven van 10, 20 en 21 nov. 1811; vert.: M. Colson

DIJSTELBERGE, Paul Vergeten dichters uit een verguisd tijdperk^3, 1983, I, 5, pp. 3-10 Over de mestvaalt van de geschiedenis, pp. 3-5 Samuel van Rusting, pp. 6-10 Mijn weerzin tegen dit alles [nl. de mensheid], 1983, II, 3, pp. 3-8 Het leven in België, 1983, II, 4, pp. 13-20 Over Jeroen Brouwers en o.a zijn Zachtjes knetteren de letteren L'ascenseur pour l'échafaud, 1985, III, 5, pp. 256-268 Satire op André Stek, zijn tijdschrift Lift, de Nationale Schrijversdag (Rotterdam)

1 Bijdrage van Wim Kannekens

2 In de rubriek: Aan de vergetelheid ontrukt; met fragmenten, pp. 18-20

3 Omslagtitel: Twee 18de eeuwse drekpoëten [Samuel van Rusting, Gysbert Tysens]

[p. 413]

HOOGH, Leon de Het schrijven en het ik, 1984, III, 3, pp. 132-135 ‘schrijven is een soort verslaving... en zolang er nog mensen verslaafd zijn aan lezen redden we het wel’ (p. 133); met een reactie van Paul van der Steen: Iets kunstigs (1985, IV, 5, pp. 239-240)

KANNEKENS, Wim Het dansgeheugen (bespreking) [Henk Visch, Nu stil], 1984, III, 2, 99-104

KLUIVER, Jeroen Vraaggesprekken met L.F. Céline, Inl.^1 & vert.: J. Kluiver, 1982, I, 3, p. 31; 32-46; 4, pp. 4-14 - Met prttek. 1. In gesprek met Claude Sarraute. 1 juni 1960, 3, pp. 32-36 2. In gesprek met Jean Guenot en Jacques Daribehaude. Later in 1960, 3, pp. 37-36; 4, pp. 4-9 3. Céline's laatste interview. 1 juni 1961. André Parènaud, 4, pp. 10-14 Het preutse paleis [Rood paleis] van Bordewijk, 1983, I, 6, pp. 54-61 - Met prttek. door Polly van Ara Bij de Multatuliana, 1983, II, 1, pp. 16-19 - Met facs., prt. Over de Geschiedenis van Woutertje Pieterse Over Multatuli's Woutersaga, 1983, II, 1, pp. 20-34 - Met prt. Vergelijking tussen Multatuli's Ideeën, en de 1ste uitgave van het Wouterverhaal door Mimi Hamminck Schepel (1890) Over Multatuli's Duizend-en-enige hoofdstukken, 1984-1985, III, 4, pp. 167-181; 5, pp. 225-237; 6, pp. 272-279 - Met prt. Inleiding, pp. 167-170 Over de noodzaak van een ‘goede verzorgde en goed verantwoorde editie’ van Duizend-en-enige hoofdstukken over specialiteiten, na de ‘tekstcompilatie’ (uitg. G. Stuiveling, 1967) en de Salamanderpocket van 1982 Deel 1. Het ontstaan der eerste druk; 1871; een ‘tour de force’, pp. 171-181 Deel 2. Het verschijnen van de tweede druk (1879), pp. 225-237 Deel 3. Drukgeschiedenis (met drukstamboom), pp. 272-279

LINNEMANN, Benno Fernando Pessoa, 1984, III, 3, pp. 116-125 - Met facs., prttek. van J. de Almada Negreiros Met 5 gedichten uit de vert. door August Willemsen (1978), pp. 126-131

STEEN, Paul van der Poëtica afcalvika, 1985, IV, 2, pp. 45-46 Over poezie in ‘de gevestigde’ Noordnederlandse bladen

VREDENBURG, E. De billen bloot, dat praat het best, 1983, II, 3, pp. 5-11 - Rectificatie, 4, p. 28 1. Boudewijn Büch, Jan Versteeg, Aart van der Zoest over L.F. Céline, pp. 5-9 2. Céline's Regaudon, pp. 10-11 - Zie ook: Proza

WAGNERMAZ, J. Over de poëzie van [Ed] Leeflang en [Jan] Eijkelboom, 1983, II, 3, pp. 29-33

1 ‘Bij de vraaggesprekken met L.F. Céline’ door J. Haanappel

[p. 414]

ZWAGERMAN, J. Boy with a problem. Over Bart Chabot, 1984, III, 1, pp. 47-55

V. Illustratie

Allebé, August, 1983, I, 6, p. 63

Blij, C., 1983, Zomerbijlage, kaftontwerp

Bloem A. 1984, III, 2, p. 69

Bombet, Alexander, 1984, III, 2, p. 79

Connard, F., 1984, III, 2, p. 70, 98

Kannekens, Wim, 1985, III, 5, p. 237, 240, 243; 6, p. 297; 1985, IV, 2, p. 27

Kluiver, Jeroen, kaftontwerp

Leenhouts, F., 1982, I, 4, p. 25; Kerstbijlage, kaftontwerp, p. 19; 1983, II, 2, p. 10; 5, pp. 25-27; 1984, III, 4, pp. 207, 218