Veel zoude ik nopens de keus van het onderwerp en van den vorm kunnen zeggen, indien een werkje van dezen aard zulk eene uitwijding dulden kon. Alleenlijk moet ik aanmerken, dat ik mij van alles, wat overdreven is, onthouden heb; dat ik van geene deugden, die boven het kinderlijk bereik zijn, gesproken, noch van ondeugden gewag gemaakt heb, die hun nog onbekend kunnen zijn; terwijl ik getracht heb zoo veel afwisseling te bezorgen, als het onderwerp slechts eenigzins toelaat.
Dat deze poging verder der jeugd nuttig moge zijn, is de wensch van den
schrijver.