Proeve van stichtelijke mengel-poëzij. Tweede Stukjen(1776)–Hieronymus van Alphen, Pieter Leonard van de Kasteele– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Het vergenoegen. Damon, de heilige blijdschap. Bemoediging tegen zorgvuldigheid. De vijand afgewezen. De voortreffelijkheid van gods heilig woord. Een geloovig israëliet in beschouwing van het avondoffer. Jesus de rijke liefde. De eenheid der geloovigen. De ontwaakte. De afgedwaalde. De euangelieweg. Veldzang. Godelief en Vroomhart. Zugt om bedagtzaamheid. Heilzame bespiegeling. Jesus menschenliefde. Kinderzang. Nederland gebogen voor gods troon, Bij gelegenheid van den plegtigen Bededag. De goddelijke bevrijding van dreigende overstroomingen, Dankend en biddend gevierd. Eenzame overdenking, bij het eindigen van den bededag. De klagende voorbidders voor het vaderland. Geloofs begeerte, Wekzang. De vrijmoedige avondmaalganger. Gezegende egtvereeniging. De vrijheid van een christen. De blijdschap van een christen. Dagelijksche dankstof. De dankbaarheid van een christen. Kinderlijk gebed om heiligmakende genade. Roemtaal van een stervend christen. Tweespraak tusschen Vroomhart, en Waarmond. Beschouwing van het englenheir in Bethlehems Velden.