Bij het aanvaarden van de opdracht waren er weinig bruikbare foto's beschikbaar. Het grootste gedeelte der opnamen is daarom in de jaren 1949 en 1950 naar aanwijzingen van de bewerker gemaakt door de heer G.T. Delemarre, technisch hoofdassistent bij genoemde Rijksdienst; twee foto's, XXXI, 79 en LXXV, 180, werden door de heer van Agt zelf opgenomen. Voor ongeveer een tiental afbeeldingen kon gebruik worden gemaakt van reeds voorhanden opnamen, meest vervaardigd door de vroegere fotograaf bij genoemde Rijksdienst, de heer J.P.A. Antonietti.
Van andere zijden werden de volgende opnamen verkregen:
XI, 30; XII, 33; XIII, 36; XXII, 51 en 52; XXIV, 58 en 59; XXV, 61 en 62; XXVI, 64, 66 en 67; XXVIII, 68, 69 en 70; XXXII, 81; LIV, 134; LX, 142 en 144; LXI, 145; LXIII, 149; LXIX, 163; LXXII, 170 en LXXXVIII, 214 van het Lichtenbeeldeninstituut te Amsterdam; IX, 25 van de fotograaf A.G. van Agtmaal te Baarn en XLIII, 105 van W. van der Voet te Monnikendam. LXXXIV, 204; LXXXV, 205; LXXXVI, 207, 208 en 209, en LXXXVIII, 212 werden welwillend ter beschikking gesteld door de heer W. Bogtman te Haarlem en LXXXII, 201 en 202 door de heer Th.M. van der Koogh te Weesp. De in autotypie weergegeven foto's achter de tekst zijn in beginsel naar de gemeenten gerangschikt, waarbij er naar gestreefd is een ook voor het oog bevredigende opeenvolging te verkrijgen. Om dit te bereiken zijn bovendien gebrandschilderde glazen, beeldhouwwerk, schilderijen, zilver-, tin- en koperwerk bij elkander geplaatst. Dit deel is gedrukt in 2000 exemplaren. Tenslotte wil de Rijkscommissie een woord van dank richten tot alle autoriteiten en particulieren voor de grote bereidwilligheid, waarmede zij de schrijver en de overige ambtenaren van de Rijksdienst in staat hebben gesteld te onderzoeken, op te meten en te fotograferen. Hun medewerking is voor het tot stand komen van dit boek onmisbaar geweest.
De Rijkscommissie voor de Monumentenbeschrijving,
Mr W.J. FREDERIKS, Voorzitter.
P.J. VAN DE VELDE, Secretaris.
's-Gravenhage, September 1952.