Sintels(1944)–Gerrit Achterberg– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 26] [p. 26] Kleine kaballistiek voor kinderen De 4 is vierkant manlijk de 3 rond en vrouwelijk de 9 is een verre nicht van 6 meer in het licht de 7 staat apart tegen zijn stok verstard hij zal wel heilig wezen wij hebben niets te vreezen de 8 twee nullen op elkaar lacht maar lacht maar de 5 is laf en stijf een wijfelachtig wijf de 2 is blij en wittig blond kindje van de twintig de 1 is gansch alleen maar huwt ze later alle tien 10 volkomen ongezien 11 huishouden op zichzelf de 12 is hemelsblauw de allerjongste vrouw o twee waar blijf je nou? 13 met veel krakeel wat zijn we veel wat zijn we veel 14 de stille knaap Jozef droomt en slaapt 15 quinze 16 seize 17 een vlug sergeant voor volk en vaderland 18 is vaders dochter het mag in huis niet tochten 19 ligt te weenen [pagina 27] [p. 27] want hij ging bitter henen 20 is duizend weken kun je dat ook uitrekenen? 30 gevraagd een flink chauffeur met een kleur als een bellefleur 40 dat is mijn vader bloed- en slagader kom niet nader 50 is oom Frits ferm en fiks alles of niks 60 een grijs geheim van rokken en satijn 70 monter en sterk wandelstok kerk 80 nu gaat het komen hij is nog kras potdome 90 nog 100 toch 140 een krantenbericht van een vuile turk met een geel gezicht en onze Methusalem dan? ik hoor je weet er weinig van hij noemde een maand een jaar om fijn 960 keer jarig te zijn we gaan alleen tot 100 kind'ren hoe bedonderd je 't ook moogt vinden. Vorige Volgende