Cryptogamen(1946)–Gerrit Achterberg– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 251] [p. 251] Rouw Wind, van gestorvenheden vol, doet aan de boomen zoete dood der stilte en rumoert om mij met duizelende verten; die kenbaar willen worden over de wegen van geheugen naar landen achter mijn schreden. Blindelings vereenzelvigen met oude dierbaarheden heeft plaats, ik sta te delven goud zonder eind; edelgesteent dooradert bloed en beemd. Het ademt tusschen u en mij in dit voortdurend heden. Een kleine tijd is nu voorbij. Vorige Volgende