Cryptogamen(1946)–Gerrit Achterberg– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 146] [p. 146] Gedaante Ik kan de morgens enkel in zoolang nog een gedaante staat tegen de verre avondkim, die tegen beter weten in om mij den dood verlaat. Het is het nachtelijk geding tusschen mij en de dood, dat zij, alleen omdat ik zing haar namelooze mindering, niet meer voorgoed de oogen sloot. Vorige Volgende