Afvaart(1931)–Gerrit Achterberg– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 51] [p. 51] Wederkeer Hoe keer ik zoo in uw geheimnis weer? Langs welke wentelingen ben ik u ontstegen? En nu loodrecht gedaald, gelijk de regen, die keert naar de aarde weer, keer ik ter plaatse waar uw lichaam heeft gelegen en leg ik me in de rondingen neer die in het donzen gras zijn nagebleven; beluister ik dezelfde bladerensfeer, die na ons heengaan ruischend is gebleven; gij zijt er weer, al zijt ge er niet meer. Vorige Volgende