Kom binnen, goede bisschop.Ga naar voetnoot1)
S. Abramsz.
Vroolijk.
1.[regelnummer]
Kom bin - nen, goe - de bis - schop! Uw stoel staat hier al klaar,
In 't pret - tig hoek - je dicht bij 't vuur, Net als ver - le - den jaar.
Hoe - zee, hoe - zee! Voor Sin - ter-klaas, hoe - zee!
Hoe - zee, hoe - zee! Voor Sin - ter-klaas, hoe - zee!
Voor d' ou - den, lie - ven Sin - ter-klaas Zingt ie - der kind graag mee.
Voor d' ou - den, lie - ven Sin - ter-klaas Zingt ie - der kind graag mee.
O, o, wat is u vriendlijk,
En ja - we weten al vooruit,
Hoezee, hoezee! } tweemaal.
Voor Sinterklaas, hoezee! }
Voor d' ouden, lieven, goeden Sint } tweemaal.
Zingt ieder kind graag mee! }
We zijn een enkel keertje
Wel eens wat stout geweest,
Maar, vraagt u 't vrij aan moesjelief,
Gehoorzaam toch het meest.
Hoezee, hoezee! } tweemaal.
Voor Sinterklaas, hoezee! }
Voor d' ouden, lieven, goeden Sint } tweemaal.
Zingt ieder kind graag mee! }
Wees welkom, lieve bisschop!
Gegroet, heer Sinterklaas!
Wij zijn gelukkig heel niet bang
Hoezee, hoezee! } tweemaal.
Voor Sinterklaas, hoezee! }
Voor Sinterklaas en voor zijn knecht } tweemaal.
Zingt ieder kind graag mee! }
|
-
voetnoot1)
- Dit versje kan ook gezongen worden op de wijs: ‘'t Is plicht, dat ied're jongen’.
|