Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 20
(1877)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 166]
| |
Nagler vermeldt o.a.: Een man en een vrouw aan een tafel brassende, met het onderschrift: Sicut autem erat in diebus Noë etc. Een kwakzalver. 4o. Een vrouw, die een beschonken man geleidt. 8o. Zie Nagler; Walter's Painters etchings; Kramm. |
|