in 1729 zijn taak, doch hij mogt zijn werk niet gedrukt zien, daar hij in 1731 overleed. Intusschen zorgden zijne ambtgenooten Werndly en Serluus dat nog in dat jaar het N. en 2 jaren later het O.T. het licht zag.
Zie P. de la Rue, t.a.p. Valentijn, Amboische zaken van den godsdienst, bl. 80 volgg. Javaansche zaken van den godsdienst, bl. 86; volgg. Werndly's Maleitsche Boekzaal, bl. 252 volgg.; Tijdschrift tot bevordering van Christel. zin in Neerl. Indië (Batavia 1846) No. 1 Nav. D III, bl. 144; Vrolijkheit, Vliss. Kerkh.; Verwoert; Kobus en de Rivecourt.