[Carel Wouter Visscher]
VISSCHER (Carel Wouter), zoon van den predikant Joannes Visscher en Ida Hillegonda Valckenier, werd in 1734 te Amsterdam geboren. Hij behaalde reeds in zijne jeugd roem door de verdediging en uitgaaf van eene voortreffelijke staatkundige regtsgeleerde verhandeling over de wettige afzwering van Philip II. Hij zette zich als advokaat in zijne geboortestad neder, die hem tot pensionaris aanstelde. De gemeenebest-gezinde partij toegedaan, nam hij deel aan de pogingen tot beperking van de magt des stadhouders. Hij deelde dus in de gevolgen der omwenteling van 1787 en werd van zijne ambten en bedieningen ontzet. Hij leefde vervolgens stil tot 1794, toen hij aan het hoofd stond eener bezending uit vele burgers, ter overbrenging van een verzoek over 's lands belangen. Later gevangen genomen werd hij veroordeeld tot een zesjarige opsluiting en vervoerd naar het werkhuis te Amsterdam. Den 19den Jan. 1795 werd hij ontslagen, en als maire aan het hoofd der politie te Amsterdam gesteld. Sedert onderging zijn lot, met de schokken, die de stad leed, verschillende veranderingen. Hij huwde Anna Anthonia van Muiden en overleed in 1802, zijn afbeelding is door Bause naar Schmidt fraai gegraveerd.
Zie Scheltema, Staatk. Nederl.; Verwoert; Kobus en de Rivecourt; Muller, Cat. v. portr.