[Hendrik van Vianen]
VIANEN (Hendrik van), ook van Vianden of Vyender, 38ste bisschop van Utrecht, na den afstand van Gozewijn van Amstel. (1250).
Terstond namen de heeren van Amstel en van Vorden, ‘seer verdroten, dat heer Gossen alsoe syn bysdom van Uttert verlaten ende daervan ontzettet was,’ de wapenen tegen hem op en kwam het tot een veldslag tusschen hen en bisschop Hendrik, die de overwinning behaalde, en de beide heeren gevangen nam, doch op verzoek van graaf Willem, R. koning, die zich te Utrecht bevond, ontsloeg. Hierop viel de bisschop den graaf van Gelre, die Amstelen Vorden hadden bijgestaan, aan, versloeg ook diens leger, gelijk ook later toen hij den aartsbisschop van Keulen tegen graaf Gerret van Keulen bijstand bood, dat van den laatste. Hij stichtte te Steenwijk een ‘canonesye’ van 12 provens en legde in 1254 den eersten steen van den Dom te Utrecht. Hij stierf den 4den Julij 1267 en werd in den Dom begraven.
Zie Croonick der Byscoppen van Uytert, Hertoghen van Ghelre enz. Uitgegeven door het Hist. Gen. te Utrecht, D. I, bl. 201 volgg; Chron. Johan de Beka, p. 71; v. Gils, Megar. Cath. Memorieboek, Coppens, Nieuwe Beschrijv. v.h. Bisd. v. Utr. D. I, bl. 36; Batavia Sacra, D. I, bl. 210; Meerman, Graaf Willem II; Wagenaar, Verwoert.