Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 18
(1874)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 95]
| |
man en leerling van den H. Remaclus. Hij werd eerst abt der kloosters Stavele en Malmedi, en in 662 bisschop van Luik. Door zijn ijver werden er vele kerken in zijn bisdom opgericht. Tijdens zijn bestuur waren er eenige vermogende heeren, die zich van een groot deel der goederen, die aan het bisdom behoorden, hadden meester gemaakt. Op reis zijnde naar den koning Childericus II, om tegen de onregtvaardige bezitters zijn hulp in te roepen, werd hij aan den ingang van den Elsas, in het bosch van Biwalt, niet verre van Spiers, door zijne tegenpartij wreedelijk ter dood gebragt. Hij wordt den 10den September als martelaar gevierd. Het klooster van Costereië, dat te Hensden (de nakunaat van Heusden) is gevestigd geweest, bezat een wijdloopig MS., waarin de daden van dezen bisschop geboekt waren.
Zie Acta S.S. Belg., T. III, p. 397-417; Levens der voorn. Heyl., D. III, bl. 405-411; v. Gils, Bisdom van 's Bosch, bl. 13; van Gils en Coppens, N. beschrijv. v.h. Bisdom van 's Bosch, D. I, bl. 18, 19. |
|