Verzameling van rekenkunstige vermakelijkheden. Amst. 1815.
Oeffenschool der mathematische wetenschappen. Amst. gr. 8o.
Het vernieuwde licht des koophandels, of grondig onderwijs in de koopmans-rekenkunst, vermeerderd door C. Wertz, J. van Wijk Rz. en H.C. Witlage Jr. 8e dr. Amst. 1827 gr. 8o.
Eerste beginselen der arithmetica of rekenkunst 5e dr. 4 stukken. Amst. 1829.
Eerste beginselen van de arithmetica of rekenkunst, uitgewerkt en ontbonden door J. te Veltrup. 3 stukken. Amst. 8o.
Dezelve ingerigt naar het aangenomen stelsel van maten, munten en gewigten 4 stukken 8o.
Verhandeling over de Rabadologia of rekening met staafjes. Amst. 1770.
Ook vertaalde hij Monteeucla, Histoire des Mathematiques, onder den titel van Historie der wiskunde met eenige bijvoegselen en ophelderende aanmerkingen vermeerderd. Amst. 1782-1804, voorts de Elements d'algèbre van Clairaut, en waarschijnlijk ook de Elements de géométrie van denzelfden, want in hetzelfde jaar (1760) verscheen bij denzelfden uitgever te Amsterdam Beginselen den geomitrie door den heer Clairaut, uit het Fransch vertaald en met een korte trigonometrie, meerendeels gevolgt naar het werkje van den heer Simpzon vermeerdert. Ook zette hij La Landes Astronomie over, onder den titel: Astronomi of sterrekunde naar den tweeden, verbeterden en vermeerderden druk, 5 dn. Amst. 1773-1780.
Sterrekundige tafelen van zon en maan, de planeten, vaste sterren, en de Statelieten van Jupiter en Saturnus, benevens de verklaring en 't gebruik van diezelfde tafelen door J. de la Lande uit het Fransch.
In de bibliotheek van het wiskundig genootschap te Amsterdam, wordt onder no. 130, een ms. van hem bewaard, dat getiteld is: Verhandeling over de kwadraten van den cirkel, uitgesproken op de 13e algemeene vergadering van het wiskundig genootschap, onder de spreuk: Een onvermoeide arbeid komt alles te boven, waarvan hij secretaris was. Ook was hij medewerker van het 7de en 8ste deel van het Kabinet van Nederl. en Kleefsche oudheden, en arbeidde mede aan de Kunstoeffeningen over verschillende nuttige onderwerpen der wiskunde. Amst. 1779-1780 van het genoemde genootschap.
Zie van Kampen, bekn. Gesch. d. kunst. en wetens., III. 374; Navorscher, D. IX. bl. 265; D. XI. bl. 111; D. XII. bl. 215; D. XVI. bl. 120; Arrenberg, bl. 495; Naaml. v.v. Cleef, bl. 576, 577.