Zij overleed reeds den 5 Februarij 1647. Den 19 Mei 1648 nam hij te Gorinchem in tweede huwelijk Elisabeth Vervoorn, geb. den 9 September 1617, dochter van Jakob Vervoorn, ridder, burgemeester van Gorinchem, en Clara van der Heden. Na haar overlijden te Nijmegen den 17 October 1657, trouwde hij den 26 Julij 1661, Maria van Oudshoorn, weduwe van jonker Johan Kuyk van Mierop, dochter van Diderik van Oudshoorn, burgemeester van Amsterdam en Wendela van Bronkhorst. Zij overleed te Dordrecht den 11 Mei 1669 en hij 22 December 1676. Fr. Plante vervaardigde bij die gelegenheid Naenia in obitum genere et scientia nob. viri J. van Someren.
Hij liet verscheidene kinderen na.
Hij gaf in het licht:
Eene overzetting van Johan Gerards Heylige overdenkingen en yeder derzelver met versen vercierd. Dordrecht, 1647. 12o.
Herstelde Oudheyd, ofte Beschryving van Batavia, wezende een gedeelte van 't Hertogdom Getre, en Graefschap Holland. Nijmegen 1657. 4o.
Huygens, Theodorus Roukens en andere vervaardigde gedichten op dit werk.
Ugtspanning der vernuften: bestaende in Geestelycke en wereltlycke poezye. Nijmegen 1666. Gorinchem 1686. 4o. met lofverzen van J. Striek, C. van Overstege, J. van Aelhuysen, T. Verhoeven, M. van Hoeven, Huyghens, Cats, Graswinckel, Westerbaen, en van Eik en vele gedichten van anderen in het werk zelven.
Cajus Julius Caesar, ofte Wraak van vermande Vryheyd, Treurspel. Dordrecht 1670.
Verscheidene zijner gedichten zijn in plano gedrukt en andere voor de werken zijner tijdgenooten, ook in de Dordsche Kraam.
Hij liet na, behalve andere mss.: Vermeerderingen op Batavia; Verscheyde consultatien, advysen, deduktien en advertissementen van rechten in Gelderze en Hollandze zaaken; zijn apparaat tot een tweede deel zijner Uytspanninghen; Cleopatra, Koningin van Aegypten en Mithridates, Koning van Pontus, Nederduytze Treurspelen.
Zie Balen, Beschrijv. v. Dordrecht. bl. 227, 1241; J. van Oudenhoven, Beschrijv. v. Zuid-Holl., bl. 185, 423; Vonck, Beschrijn. over v. Doesburg, Voorr. bl. LXXXVI; Val. Andreas, Bibl. Belg.; Foppens, Bibl. Belg., T. II. p. 733; Paquot, Mem., T. III. p. 254; N.G. van Kampen, Gesch. d. Ned. Lett. en Wetens., D. I. bl. 193; de Vries, Gesch. der Ned. Dichtk., D. I. bl. 225; Witsen Geysheek, B.A.C. Woordenb., D. V. bl. 311; Siegenbeek, Gesch. d. Ned. Letterk., bl. 170, 171; Snellaert. Gesch d. Ned. Letterk.; v. Doorninck, Pseud., No. 2522; Schotel, Illustre school; Tilb. Avoudst.; Kerk. Dordr., II.