[Philips de Soete]
SOETE (Philips de), heer van Hautain, broeder van den vorige, behoorde ook tot het bondgenootschap der Edelen, en streed dapperlijk voor 't vaderland. Het eerste bleek, zoo uit zijne schriftelijke verstandhouding met Willem I, als uit den haat der Spanjaarden, die hem den toegang naar Engeland wisten te beletten. Aan 't laatste benemen zijn krijgsverrigtingen allen twijfel. Veel roem behaalde hij door 't doen omslaan van Antwerpen, aan welke stad den Staten toen niet weinig gelegen was. De gelukkige uitslag van zijne gevaarlijke ondernemingen deed hem van stads wegen met een schoonen gouden keten vereerd worden. Geen minder heldenmoed hetoonde hij op den Kuinensteenschen dijk, nabij Antwerpen, in den strijd tegen Parma; doch hier bezweek hij voor 's vijands magt, en besloot liever van den dijk te springen en in den modder te versmoren dan in Spaansche handen te vallen. Zijn regiment werd sedert door Leicester aan Philips Sidney gegeven, tot groot misnoegen van de voornaamste bevelhebbers, die naauwelijks dulden konden, dat een vreemdeling, hoe verdienstelijk ook, aan de dappere landgenooten van den heere van Hautain voorgetrokken werden. Hij was ridder van Maltha.
Zie Te Water, t.a.p.; Bor, B. XI. bl. 272, 273, (854, 855). B. XX. bl. 33, (597, 598); Hooft, B. XXIV. bl. 1065; Le Petit. Livr. XI. p. 305; Kobus en de Rivecourt.