Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 17. Tweede stuk
(1874)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 645]
| |
1728 te Harlingen, 1732 te Leeuwarden, waar hij den 17 Dec. 1744 overleed. Hij gaf in het licht: Kort begrip der waare Godtgeleertheit, of grondt waarheden van de Herv. kerk. Harl. 1729., 8o. verm. druk. Amst. 1779. kl. 8o. Zie Boekz. 1730 a. bl. 534.
De eerste beginselen van de waarheit, die na de Godzaligheit is: Getrokken uit het kort begrip; verm. met een alderbeknopst onderwijs. Harl. 1732, 1742. kl. 8o. 3de dr. De zuivere en veilige geloofsweg om getroost te leven en zalig te sterven, of een korte verklaringe en toeëiginge van den Heidelbergschen Catechismus in vraagen en antwoorden. Benevens een kort ontwerp van deselve, en nog vier oefeningen over het regte gebruik des Heiligen Avondmaals. Leeuw. 1753. 2de dr. 8o.
Zie Greydanus, Naaml. d. Predd. onder de cl. v. Franeker, bl. 53: Engelsma, Volgl d. Predd. onder de cl. v. Zevenwouden, bl 101; Eekhoff, Stedel. Bibl. van Leeuw., bl. 16; Arrenberg, Naamr.; Abcoude, Naaml., bl. 474; Koecher, Hist. v.d. Heidelb Catech., bl. 327. |
|