buitengewone ijver en zorge getoond heeft, om de rust in goede order binnen deze stad in alle omstandigheid te helpen bewaren en zulks bijzonder heeft doen blijken gedurende dezen laatsten winter, wanneer hij bij nacht en dag bereidwillig is geweest om de desorder, die door de Engelsche troupes, die rond om deze stad arriveerden, gepleegd werden, helpen te keer gaan, en mede zorg gedragen heeft dat deze stad daarvan gelukkig bewaard is gebleven, zoodat wij en de geheele stad, om welke hij zich bij uitstek heeft verdiend gemaakt, verpligt zijn hem steeds die achting te geven welke hij door zijn gehouden gedrag verdiend heeft. En daar hij bij de aanstaande organisatie der armee waarschijnlijk wegens zijne hooge jaren niet in zijnen post zal kunnen blijven, kunnen wij niet anders als hem door die getuigenis aan alle bewindvoerende ligchamen als een man van eer en bekende probiteit aanbevelen.
In waarheids-oirconde hebben wij deze met ons stadszegel en subscriptie een dezer stads-secretarissen doen bekrachtigen, in Kampen den 25 April 1795, het eerste jaar der Bataafsche vrijheid.’
Hij overleed als gepensioneerd kolonel te Kampen, den 11 Februarij 1814.
Zie Vervolg op Wagenaar's Vad. Hist., D. XXI. bl. 142; en Part. berigt.