Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 17. Eerste stuk
(1874)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 492]
| |
voegd verklaard, naar een school van den hoogsten rang te staan, en vestigde zich als onderwijzer te Baarne. Toen er bij koninklijk besluit van 31 Mei 1816 twee rijkskweekscholen voor onderwijzers der lagere scholen, een voor de Noordelijkeeen voor de Zuidelijke gewesten, werden opgerigt, stelde de regeering, op aanbeveling van mr. Johan Melchior Kemper, Schreuder tot directeur der laatste, te Lier aan. In 1818 werden, door zijn zorg stadsburger- en armenscholen opgerigt, en onder het toezigt eener plaatelijke schoolcommissie gesteld, in welke scholen de kweekelingen der normaalschool gelegenheid gegeven werd zich in het praktisch gedeelte hunner aanstaande betrekking te oefenen. In ditzelfde jaar had hij tevens een schoolonderwijzers-gezelschap, het eerste in Belgie, tot stand gebragt, dat tot voorbeeld en aansporing diende der menigte inrigtingen van gelijken aard, die zich van lieverlede elders vestigden en krachtig bijdroegen om de gevolgde leerwijze door het gansche land wortel te doen schieten. In 1821 werd Schreuder tot schoolopziener van het vijfde schooldistrict der provincie Antwerpen, dat is Lier en zijne omstreken aangesteld, terwijl hem later de tijdelijke waarneming van nog een aangrenzend schooldistrict werd toevertrouwd. Ook benoemde hem de regering van Lier tot mede-curator der Latijnsche school en werd hij tot lid der commissie van onderwijs voor de rijks lagere scholen te Antwerpen, Mechelen enz. aangesteld. De revolutie dreef Schreuder in 1830 uit de zuidelijke gewesten, en den 3 Oct. 1831 werd hij aangesteld tot schoolopziener der eerste afdeeling van het derde schooldistrict van Z. Holland, ook werd hij in 't volgende jaar met de tijdelijke waarneming belast der schoolopzienersplaats van het 4de schooldistrict van Zuid-Holland. In 1837 werd aan Schreuder door de regeering de regeling van het onderwijs in Limburg opgedragen, onder den titel van adviseur, belast met de inspectie van het onderwijs aldaar, doch deze betrekking werd bij Z.M. besluit van 17 Julij 1849 ingetrokken, en Schreuder tijdelijk uit 's rijks dienst ontslagen. Sedert wijdde hij zich aan de redactie der Nieuwe Bijdragen tot bevordering der opvoeding en van het onderwijs, en het bezoeken zijner paedegogische vrienden. In 1858 werd Schreuder tot inspecteur van het onderwijs in Limburg aangesteld. Hij overleed den 20 Sept. 1862. Schreuder was ridder van de Ned. Leeuw en lid der maats. v. Ned. Letterk. Hij huwde Theresia Ernestina Charlotte Emilie Bergmann, die hem den 17 Nov. 1843 naar betere gewesten was voorgegaan.
Zie zijn leven door F.J.E. van Zinnicq Bergmann, in Levensschetsen door de Maats. v. Ned. Letterk. te Leiden 1864. |
|