Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 17. Eerste stuk

[Antonius van Schore of Schorus]

SCHORE of SCHORUS (Antonius van), in den aanvang der 16^de eeuw te Hoogstraten geboren, legde zich op de letteren toe, onderwees ze te Straatsburg onder Johannes Sturmius, en vervolgens te Heidelberg. Het was hier dat hij zijne huisleerlingen in het geheim een comedie liet vertoonen, getiteld: Eusebia sive Religio, waarin de godsdienst, na te vergeefs huisvesting bij de grooten gezocht te hebben, ze eindelijk bij het landvolk en het gemeen vond. Dit spel maakte veel gerucht, men sprak er over met den keizer, en men wilde den schrijver ter dood brengen. Eenige studenten werden op bevel van den rector gevangen gezet, doch Schore nam de vlucht en begaf zich naar Lausanne, waar hij in 1552 in geen gevorderden leeftijd stierf.

Behalve de genoemde comedie, gaf hij in het licht:

Thesaurus verborum linguae latinae Ciceronianus. Argent. 1570. 4^o. 1580 [...]^o. De S. geeft hier een uittreksel van de werken van Robert Stephanus en Marius Nizolius over de Lat. taal. Later heeft Joh. Verwey er gebruik van gemaakt voor zijn Thesaurus cultae Latinitatis. Goudae 1701. 4^o.

Phrases linguae latinae, ratiogue observandorum eorum ex auctoribus legendis, quae praecipuam ac singularem vim aut usum habent. Basel. 1550 8^o. Colon. 1573 8^o. It., Accessit Dialogus de ratione populariter tractandarum quaestionum Lugd. 1574. 8^o. Ook met den titel: Ant. Schori Phrases linguae Latinae, in germanicum sermonem conversae; Accessit Dialogus..... Cum indice Germanico in usum compositionis ciceronianae adornato, ut vicem sustinere possit Lexici Ciceroniani Latino-Germanici; operâ Salamonis Pfisteri. Tubingae 1726. 8^o.

De Dialogus verscheen afzonderlijk te Lausanne 1573 12^o. Hieruit blijkt dat hij den hervormden godsdienst had omhelsd.

Ratio discendae docendaeque linguae Latinae et Graecae Libris duobus. Argentorati 1549. 8^o. 1557, 1561, 1596. 8^o.

It. Accedunt ob argumenti similitudinem et usum ejusdem dissertatio de ratione observandi, et Joannis Rivi Attendoriensis libellus de ratione docendi. Leov. 1695. 8^o.

Hij beloofde nog uit te geven.

Liber de arte jungendae orationis.

[p. 423]

De differentiis.

De particulis. ‘Eius libellus de Particulis L.L. intercidisse dicitur, quem deinde alicunde acceptum suo nomine Horatium Tursellinum adnotat Moneta.’

De lingua latina.

Zie Hub. Thomae. Annal. Frederici II, LXIII. p. 269; Frisii, Epit. Gesneri, p. 67; Sweertii, Ath Belg., p. 138; Val. Andreas, Bibl. Belg., p 76; Foppens, Bibl. Belg., T. I. p. 91; Prosper Marchand, Dict., T. II. p. 193; Paquot, Mém., T. I. p. 365; Baile, Dict. hist. crit; Morhofius, Polyhist. Liter. CVI. § 11. p 782, CIX. § 12 en 21 p. 824 en 828, T. I; Saxe, Onom., Liter., T. III. p. 239, Anal.. p. 627; Schoock, Exercit. XXIX. p. 507; Rabus, Boekz. v. Europa 1695, p. 511; Kobus en de Rivecourt.